top of page

Behandeling

Uw artsen

claessens_edited_edited_edited.jpg

Dr. Claessens Christophe

Dr. Cléo Croonen

Dr. Croonen Cléo

Medicatie

Hoewel de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa verschillende aandoeningen zijn, hebben ze één belangrijk kenmerk gemeen: het zijn chronische ontstekingsziekten. Beide kunnen worden behandeld met medicatie die het immuunsysteem beïnvloedt of onderdrukt.

 

Doel van de behandeling

De behandeling bij zowel de ziekte van Crohn als colitis ulcerosa richt zich op:

  1. Het onderdrukken van actieve ontstekingen: Dit gebeurt tijdens een opflakkering van de ziekte.

  2. Het voorkomen van nieuwe opflakkeringen: Door middel van onderhoudsmedicatie.

Keuze van medicatie

De keuze van de medicatie hangt af van verschillende factoren, waaronder:

  • Het specifieke ziektebeeld.

  • De locatie en uitgebreidheid van de ontsteking.

  • De ernst van de klachten.

  • De aanwezigheid van extra-intestinale symptomen (zoals gewrichts- of huidproblemen).

  • Mogelijke complicaties, zoals abcessen of darmvernauwingen.

Behandelingsfasen

De behandeling van chronische darmziekten verloopt doorgaans in twee fasen:

  1. Inductiebehandeling: Een intensieve kuur met krachtige medicatie om de ontsteking snel tot rust te brengen.

  2. Onderhoudsbehandeling: Langdurige therapie om de ontsteking onder controle te houden en opflakkeringen te voorkomen.

Medicatiegroepen

Er zijn verschillende soorten medicijnen beschikbaar om IBD te behandelen. Hieronder een overzicht van de belangrijkste groepen:

  • Corticosteroïden: Snel werkende ontstekingsremmers voor korte termijngebruik.

  • Mesalazine (5-ASA): Vooral effectief bij colitis ulcerosa.

  • Immunosuppressiva: Zoals thiopurines (azathioprine, mercaptopurine) en methotrexaat, voor langdurige controle van ontstekingen.

  • Biologische middelen: Geavanceerde behandelingen zoals:

    • Anti-TNF-therapie: Infliximab, adalimumab.

    • Anti-integrines: Vedolizumab.

    • Interleukine-remmers: Ustekinumab, risankizumab, mirikizumab.

  • Small molecules: Nieuwere orale medicijnen zoals JAK-remmers (tofacitinib) en S1P-modulatoren (ozanimod).

Met deze brede waaier aan medicatie is het mogelijk om de behandeling nauwkeurig af te stemmen op de behoeften van elke patiënt, met als doel een betere controle van de ziekte en een hogere levenskwaliteit. Overleg altijd met uw arts over de meest geschikte behandeling.

bottom of page